Marie Rietberg vertelt. Wie zijn billen brandt……………

op 1 december 2013

Wat kon de jeugd vóór en tijdens de Japanse bezetting met eenvoudige spelletjes tevreden en blij zijn.

Die spelletjes en andere activiteiten werden op bepaalde tijden uitgevoerd. Zo was er een tijd van bikkelen, hinkelen, kwartetten, maar ook van kokentje spelen.

In de Japanse bezettingstijd woonde de jongste zus van mijn moeder met haar zes kinderen – op één na allemaal meisjes – variërend van vijf tot elf jaar, bij ons.Tante Mien plus zoon Harry en dochter Hermien waren ook bij ons. Ik was klaar met mijn studie en mijn taak was de jongere kinderen les te geven.

Na de lessen konden de kleintjes gaan spelen.

Op een keer was het de tijd om kokentje te gaan spelen. Ons erf was omzoomd met peteh tjina bomen en het plan van de meisjes was om sajoer asem te koken met peteh tjina erin. Er werden bakstenen gehaald en tussen de stenen een houtvuurtje gestookt. Van de baboe kregen zij minjak djelantah (gebruikte klapperolie) en de meisjes begonnen te koken. Het broertje van ons buurmeisje wilde graag meedoen, maar dat stonden ze niet toe. Maus, dat was zijn roepnaam, werd heel erg boos, klom in de peteh tjinaboom en staande op een tak boven het pannetje begon hij te jennen. Opeens brak de tak en Maus viel met zijn achterwerk in de hete sajoer. Gillend liep hij weg. Een week lang kon hij niet zitten of op zijn rug liggen.

Eigen schuld, dikke bult !

Ja, wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten.

Michel van RuyvenMarie Rietberg vertelt. Wie zijn billen brandt……………